2024 is halfweg en dat gaat gepaard met enkele wijzigingen voor je energiefactuur, maar ook voor wie bouwt of verbouwt. Ontdek zelf wat er verandert vanaf 1 juli.
Sociaal tariefpremie voor 60.000 gezinnen
In ons land kunnen heel wat mensen een beroep doen op het sociaal tarief voor aardgas en elektriciteit. Ook wie verwarmt via een warmtenet kan beroep doen op het sociaal tarief. Het sociaal tarief is een verlaagd energietarief dat ervoor zorgt dat bepaalde personen en huishoudens gemakkelijker hun energiefactuur kunnen betalen. Het gaat dan bijvoorbeeld om mensen met een leefloon, huurders van sociale woningen, bejaarden, mensen met een handicap, … Val je in een van deze doelgroepen, maar verwarm je je woning via een collectieve verwarmingsinstallatie (via een warmtenet of collectieve gasketel), dan heb je geen recht op het sociaal tarief.
Vanaf 1 juli gaat daarom een sociaal tariefpremie in, een structurele maatregel. Volgens de Commissie voor de regulering van elektriciteit en gas (CREG) zou de premie voor de tweede helft van 2024 neerkomen op 53 euro op de gasrekening en 82 euro op de elektriciteitsrekening.
Energie betalen volgens reëel verbruik
Heb je een variabel tarief en een digitale meter? Dan zal je jaarfactuur vanaf 1 juli berekend worden volgens je reële verbruik. Met de komst van de digitale meter kan je energieleverancier immers je verbruik monitoren. Je zal wel nog altijd een voorschot betalen, maar dat kan je ook zelf verhogen of verlagen, in functie van je maandverbruik. Samengevat: vanaf 1 juli 2024 zijn alle energieleveranciers verplicht om bij de facturatie rekening te houden met het reële maandverbruik.
Wijzigingen in wetgeving voor bouw- en sloopafval
Wie (zelf) bouwt of verbouwt kan er niet omheen: afgebroken bakstenen, uitgebroken vloertegels, een toilet, oud isolatiemateriaal, …. Bouw- en sloopafval hoort bij elk (renovatie)project. Vanaf 1 juli verstrengen de regels voor de afvoer van bouw- en sloopafval. Bepaalde afvalmaterialen - zoals gipskartonplaten, cellenbeton, bepaalde funderingsmaterialen - mogen niet meer bij de rest van je bouwafval. Op 1 januari 2027 komen daar ook nog glaswol, rotswol en bitumineuze dakdichtingen bij.
OVAM (de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij) geeft wel aan dat er een aantal uitzonderingen gelden. Zo mag je sloop- en bouwafval nog wel samen aanbieden als:
- de beschikbare ruimte voor het plaatsen en beladen van de inzamelrecipiënten maximaal 40 m² is;
- de totale hoeveelheid gemengd bouw- en sloopafval die vrijkomt tijdens de uitvoering van de werf kleiner is dan 40 m³;
- er een gemotiveerde verklaring is van de veiligheidscoördinator dat de respectievelijke fracties niet gescheiden vrijkomen vanwege veiligheid, stabiliteit, technische uitvoeringsbeperkingen of gevaar voor werknemers.
(bron OVAM)
In alle andere gevallen moet je dus met afzonderlijke containers werken. Al kan je er ook voor kiezen om je bouwafval een tweede leven te geven.
Bron: www.livios.be